2018-02-17 Phils

ZATERDAG 17 JANUARI  

 

Vandaag heb ik weer zin om  mijn dag te beginnen met wat Yoyoyoga en een paar baantjes zwemmen. Rond half tien zit ik fris en fruitig aan het ontbijt: pannenkoekjes deze keer, met rietsuikersiroop, watermeloen en banaan. Ik heb nog een leuk gesprekje met Marijke en Neemo, die vanavond terugreizen naar Vietnam, en word van harte uitgenodigd om ze te komen bezoeken in Haiphong, niet ver van Hanoi.

 

 

 

 

 

 

 

 

Na overleg met Karen, manager Jen en één van de gasten, Ann, die hem gisteren gedaan heeft, besluit ik af te zien van de Underground River Tour. Het is heen en terug drie uur rijden, langs allemaal hotels om passagiers op te halen, en met alle toeristen rond Valentijn en het Chinese nieuwjaar is het zo druk, dat je uren  moet wachten, twee keer zoveel betaald als normaal en de hele vaart (van slechts in een half uur) in een bootfile zit met ongeduldige stuurlui.

 

 

 

 

 

 

 

Dit wereldwonder ga ik dus missen…

Maar het geeft me wel de ruimte om deze dagen de proefversie van het nieuwe Apple video-editing pakket Filmora te gaan uitproberen, dat veel mogelijkheden heeft en toch een stuk simpeler en gebruiksvriendelijker is dan iMovie, Adobe Premiere Pro of Final cut Pro.

De wifi doet het vandaag redelijk goed en dus voeg ik eerst weer wat plaatjes toe aan mijn blog.

 

 

 

 

 

 

 

 

Na het overwinnen van enige weerstand vanwege de veelheid van onbekend materiaal voor mijn neus, krijg ik de smaak te pakken en al gauw verdwijn ik uit de tijd – als een kind in de speeltuin. De dag is voorij voordat ik het weet en ik heb nu uitgevonden hoe je een titel aan een filmpje toevoegt en een aftiteling aan het eind, slechte of te lange stukjes er uit kunt knippen en het geluid kunt bewerken.

 

 

 

 

 

 

 

 

Morgen ga ik kijken hoe je foto’s en filmfragmenten kunt inlassen, muziek of commentaar  kunt toevoegen en vanuit het programma nieuwe opnamen kunt maken. de volgende stap is het format aanpassen en rechtstreeks uploaden naar Youtube, Vimeo, Facebook en andere social media.

En dinsdagavond, als de grootste touritendrukte voorbij is, ga ikmisschien wel een firefly watch van drie uur doen op de rivier…

Al met al is het intussentoch weer half tween geworden…
Tijd om me weer even uit te strekken…

 

 

 

 

 

2018-02-16 Phils

16 FEBRUARI

 

Toch nog maar even hier blijven… 

Inmiddels heb ik drie nachten in Lala Panzi geslapen en overdag in alle rust aan mijn blog, e-mails en foto-uploads gewerkt. Vandaag had ik door zullen reizen naar El Nido.(drie uur met de bus).

Maar het is vandaag Chinees Nieuwjaar en alle hotels daar zitten vol, zodat je alleen terecht kunt in de allerduurste locaties. Ook hoorde ik dat El Nido de laatste jaren aardig vervuild en verpest is raakt door het toerisme. En dat island hopping daar aanzienlijk minder spectaculair is dan in Coron (een eiland ten noorden van Palawan), waar ik vorig jaar uitgebreid mijn hart heb kunnen ophalen.

Dus heb ik besloten om hier in Puerto Princesa te blijven en wellicht in het weekend alleen een underwater river dagtour te doen. Dat schijnt wel een bijzondere ervaring te zijn. Tijdens een wandelingetje afgelopen woensdag ontdekte ik hiernaast nog een hotelletje, Floral Villarosa, dat er wonderschoon uitzag. Wat meer ‘upmarket’, en ook met een zwembad. Zij hadden alleen nog plaats op 19 en 20 februari en ik heb meteen online geboekt. Mijn verblijf hier in Lala Panzi kon ik zonder problemen verlengen met twee nachten.

 

Gruwel

Eergisteren, toen ik voor het eerst het zwembad ging uitproberen, zaten daar Karen en haar echtgenoot Bebot, een echte ‘tribal’ Filipijn, met lang haar en hele lange nagels. Ik had een boeiend gesprek met ze over het leven, hun relatie en over hoe ze deze plek in zes jaar hebben opgeknapt van een bouwval (een combinatie tussen een verloederde hoerenkast en een backpackershostel) tot deze mooie en gezellige hideaway.

Toen Bebot hun zieke kat ging verzorgen schoof Karen wat dichter naar mij toe en vroeg of ik al had gesproken met Glennys,haar vriendin uit Zuid-Afrika. Ja, met haar had ik kennisgemaakt bij aankomst hier. “Heeft ze ook verteld wat haar is overkomen?” Nee, dat had ze niet; alleen dat ze hier een paar weken zou blijven. Karen dempte haar stem en vertelde een gruwelijk verhaal. Glennys paste in november in haar huis in Zuid-Afrika een paar dagen op haar (enige) kleinzoon van zes maanden. Na een uitstapje haalde ze hem uit het kinderstoeltje achterin de auto, toen haar hond – een trouwe metgezel sinds zeven jaar, ze woont alleen – er tussen sprong, het kind uit de auto sleurde en het vóór haar ogen aan stukken scheurde.

Sindsdien vindt ze geen rust. Ze kan niet in haar huis zijn (de hond is uiteraard afgemaakt) en kan ook haar zoon en schoondochter niet meer onder ogen komen. Vandaar dat ze hierheen is gereisd, in de hoop dat ze bij haar oude vriendin op de één of andere manier tot vergeving en aanvaarding kan komen.

Poeh… wat een verschrikking! Dat verklaart waarom er zo’n grijze wolk om deze vrouw heen hangt.
Ik ben benieuwd of het de bedoeling is dat het tussen haar en mij nog tot een gesprek komt.

 

 

 

 

 

 

 

Die frisse duik in het zwembad – en een warme douche – had ik wel even nodig.

Invasie

Gisteren kwam er een invasie van Karen’s familie uit Londen binnenvallen. Haar moeder Kate van 78, met haar kleindochter en partner, die ook hun zoontje van vier en een tweeling van een paar maanden hebben meegenomen. Zij blijven allemaal zes weken hier.

In eerste instantie verschanste ik mij op mijn kamer. Maar intussen heb ik in mijn pauzes een paar fijne gesprekken gehad met de moeder, een nerveuze, intelligente vrouw, die rookt en veel praat. Ze heeft een kleinzoon die op het spirituele pad is en Zen beoefent. Hij intrigeert haar mateloos (“Jij doet mij aan hem denken, door de rust die je uitstraalt; je zou hem een keer moeten ontmoeten.”) want zij zoekt zelf ook wegen om haar chronische spanningen los te laten en ‘tot zichzelf’ te komen.

’s Avonds at ik bij Floral Villarosa, het guesthouse hiernaast waar ik 19 februari naartoe verhuis voor twee nachten. Het is vandaag Valentine’s Day en ook hier – net als in Lala Panzi – staan/hangen overal roze ballonen met hartjes.

Het restaurant is bijna leeg, op een koppel van middelbare leeftijd na. De meisje van de bediening vinden het maar sneu dat ik geen liefdespartner bij me heb. Ze verwenen mij extra en kunnen zich niet voorstellen dat ik genoeg heb aan mijn eigen gezelschap en mijn camera, waar ik meteen maar even een paar plaatje mee schiet.

 

 

 

 

 

 

Nieuwe ontmoeting

Vannacht heb ik tot vijf uur doorgewerkt aan mijn projecten. Dus zat ik vanochtend pas om tien uur aan het ontbijt, zonder yoyo-yoga en zwemmen.

Daar ontmoette ik een leuk koppel: Marijke uit Nijmegen en Neema (half Iranees) uit Manchester. Ze zijn net aangekomen na een tochtje naar El Nido (waar het inderdaad vreselijk was met de toeristische drukte, dus ik blij dat ik niet ben gegaan!) en hier een nachtje blijven slapen voordat ze morgen via Manila weer naar Noord-Vietnam vliegen, waar ze wonen en werken. Beiden geven Engelse les aan kinderen van mensen die in grote bedrijven werken.

 

 

 

 

 

 

 

Uiteraard hebben ze een schat aan informatie over de do’s, don’ts en musts in Vietnam. En ik kan ze over mijn werk en de ins en outs van deze plek vertellen.

Het ontbijt wordt koud door al onze verhalen. Maar dat maakt het niet minder smakelijk: omelet met tomaat en kaas, toast, gesmoorde groenten, watermeloen, ananas, jam en een grote pot Engelse thee.

Simcard tegoed aanvullen

Het internet doet het redelijk goed vandaag, vandaar dat ik deze woorden nu op de website kan zetten. Om de foto’s van de afgelopen drie blogs er in te krijgen zal ik straks even naar de hoek moeten lopen om het tegoed van mijn lokale Globe simkaart te laten aanvullen. Goed om, even de benen te strekken… En dan alsnog maar even het zwembad in.

Bij de kiosk om de hoek kan ik met 100 pesos tegelijk uploaden, maar de jongen vindt het geen punt om dat 5 x achter elkaar te doen. Met deze 500 kan ik weer twee of drie dagen vooruit.

Computerfrustraties

Ik buig mij weer over de foto’s en het proeffilmpje die ik gisteren heb gemaakt. De foto’s blijk ik uiteindelijk op een simpele manier naar Dropbox  over te kunnen zetten zonder op synchronisatie te wachten (om ze vandaar op mijn website te krijgen met de nu weer trage internetverbinding is echter een ander verhaal). Maar terwijl het eergisteren via een usb-kabel ook lukte met de filmpjes, krijg ik dat vandaag  niet voor elkaar. Ik doe dezelfde procedures keer op keer opnieuw en lees de troubleshooting sites op het internet er nog eens op na, maar niets mag baten.

Uiteindelijk geef ik het op en besluit maar gewoon vast aan de gang de filmpjes die wél heb kunnen overzetten. Daarvoor moet ik wel de instructies van mijn crash course Adobe Premiere video editing met Sacha erbij halen. Tot mijn verbijstering geeft Word aan dat het bestandje ‘Logboek Sacha videoles’ niet meer bestaat… Hoe kan dat nou?!

Het ego-centrum in mijn middenrif krimpt samen. Ik laat me toch niet kisten doordat ik die handleiding niet meer heb?

Toch eerst maar even alles loslaten, de frustratie voelen en ademen totdat de krampen wegebben.

Ik weet nog wel hoe ik een filmfragment moet importeren. OK, laat ik om te beginnen dat maar eens doen met een Photo Booth opname die een paar dagen geleden met de Mac heb gemaakt. En ja hoor, ik krijg de video erin er in. Maar als ik hem afspeel, blijkt het geluid niet synchroon te lopen…

De apps die het internet aandraagt als oplossing worden door de Mac niet geaccepteerd om dat-ie kennelijk in een beveiligingsstand staat die alleen Apple apps toelaat. Als ik na tien minuten nog niet heb uitgevonden hoe ik die stand kan veranderen geef ik het op en besluit ik om Adobe Premiere voorlopig maar te laten voor wat het is.

Wel kijk ik nog even wat er gebeurt als ik zo’n Photo Booth fragment rechtstreeks upload naar mijn kanaal op Youtube. Tot mijn verrassing blijkt dat vlekkeloos te lukken – en het geluid loopt mooi synchroon.

Mooi. Nu moet ik alleen nog een manier vinden om een titel toe te voegen en een muziekje.

Maar dat stel ik uit tot na het eten – of tot morgen. Het is intussen al tegen acht uur.

Dus voeg ik me bij het matronegezelschap beneden (drie stuks), bestel een gin-tonic, laat me met een zucht van verlichting achterover zakken in een rieten leunstoel en geef me over aan de idle talk die rondgaat. Wat  later ben ik evn alleen met Glennys (die haar kleinkind is kwijtgeraakt door haar bloeddorstige hond) en het ongeval komt even ter sprake.

Tranen wellen op in haar ogen als ze vertelt dat ze uit Zuid-Afrika weg wil om samen met haar man een  nieuw leven te beginnen in de UK. “Het leven gaat toch door”, zegt ze. Je kunt het gebeurde niet meer terugdraaien.” En zo is het.

Er komen weer een paar mensen bij zitten en we schakelen over naar de idle talk. Intussen arriveert de  groentenschotel die ik heb besteld en die doe ik alle eer aan.

 

 

Na nog een capuccino trek ik mij terug op mijn kamer om te kijken of ik mijn blog nog van wat foto’s kan voorzien (’s avonds is de wifi-verbinding doorgaans wat sneller) en op speurtocht te gaan naar eenvoudig montagetechnieken.

Wel informeer ik bij Karen nog even naar  de Underground River Tour a.s. zondag. Dat zou beteken dat ik om 7.00 uur klaar moet staan en 7 uur moet  reizen (en veel wachten), voor een boottochtje van een half uur door een grot die wordt omschreven als een van de wereldwonderen….

Als mijn ogen tegen twaalven bijna dichtvallen, geef ik mij gewillig over aan het Grote Niets….

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-01-31 Lombok

WONSDAG 31 JANUARI

Vandaag huur ik een fiets. een soort mountainbike-achtig model. Met een mandje voorop. En een diep profiel in de banden, vanwege de plassen, het zand en de modder.

Ik zet mijn rokken met een grote speld vast, want er zitten geen rok-/jasbeschermers op. Op een rustig plekje oefen ik eerst een beetje. Zweten. Maar al gauw heb ik het te pakken.

Even uitrusten bij een paar meisjes op een achtererf. De man van één van hen komt er bij.

 

 

 

 

 

 

 

Wat trouwen ze hier al jong! Trouwen en snel kinderen krijgen is één van de belangrijkste dingen voor de Filipijnen. Als je vertelt dat je geen kinderen hebt, kijken ze je geschokt en meewarig aan…

Overal koeien, kippen en geiten…

 

 

 

 

 

 

 

 

Hekken en gevels van aangespoeld hout…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

…en natuurlijk de zoetgeurende Lombok flower (die op Bali Bali flower heet en in Thailand Thai flower).

In het noordwesten van het eiland het grote meer… – waar je niet in kunt zwemmen.

 

 

 

 

 

Op

Ik rij nog even door naar de westkust, waar ik bij een  familierestaurantje een trotse vader met kind vereeuwig en meteen maar een hapje eet hapje eet met uitzicht over de zee.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Op de terugweg kom ik vóór een klein winkeltje nog een leuke moeder en dochter tegen, waar ik even bij neerstrijk.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan is het tijd om naar huis te gaan en een paar uur te slapen. Aaaah… languit in mijn brede bed! Binnen de kortste keren ben ik o der zeil.

Teen half negen ben ik weer uitgerust en ik besluit naar het smaakvolle Karma restaurant te wandelen tien minuten verderop, dat ik gisteren heb ontdekt, voor een verfijnde maaltijd met een verse kokosnoot. Aan de bar, met de verkoelende avondwind, de zilte geur en de golfslag van de donkere zee. Ebbyn, de barman die mij bedient, schiet een plaatje van mij en wil zelf ook wel even op de foto.

 

 

 

 

 

 

Wat een heerlijke dag! Thuis werk in in bed nog een tijdje aan mijn boekvertaling en mijn blog, totdat mijn oogleden vanzelf zwaar worden en de horizontale positie lokt…

 

 

 

 

 

2018-02-13 Phils

DINSDAG 13 FEBRUARI 

 

Nóg een weelderige ochtend…

Na mijn yoyo-yoga, een paar baantjes zwemmen op het dak en een warme douche daal ik af naar de eetzaal.

Ook het ontbijt in het Hue hotel is een feest.

Uit het overvloedige aanbod van Oosterse en Westerse lekkernijen beperk ik mij tot champignonsoep, een tomaten-/champignonomelet met toast, kleine pannenkoekjes met versgemaakte jams, orange juice, thee en koffie.

Als mijn koffers gepakt zijn, heb ik nog precies een uur voor een combi-massage: Zweeds, Thais en Filipijns. Opmerkelijk hier is dat bij een ‘full body massage’ noch de buik, noch het middenrif, noch de borsten worden aangeraakt. Niettemin heeft de masseuse een heerlijke touch, niet te zacht en niet te stevig.

Weer iets héél anders…

Dus om 12.15 uur zit ik relaxed te wachten op de taxi, die mij naar Lala Panzi (lala = slapen; panzi = plek)zal brengen, een wonderlijk ogend Bed & Breakfast, dat ik gisterenavond via mijn favoriete Booking.com online heb geboekt – voor drie nachten: ik wil me nu wel weer eens even rustig kunnen wijden aan mijn ‘projecten’. Ze hebben daar ook wifi, dus wie weet lukt het me eindelijk om de video’s op mijn smartphone die ik nodig heb voor mijn eerste filmmontage naar mijn Macbook te loodsen, hetzij via Dropbox, hetzij op een andere manier.

Het is wel een klein halfuurtje rijden van Hue naar mijn nieuwe onderkomen in de grotendeels verpauperde buitenwijken van Puerto Princesa.

Maar ik word allerhartelijkst ontvangen door een meiske Jean, dat vertelt dat de eigenaresse Karen (een Engelse van oorsprong) en haar Filipijnse echtgenoot bezig zijn, maar dat ik ze waarschijnlijk tegen de avond nog zal zien.

Jean laat mij kiezen tussen een mooie stijlvol ingerichte hideaway op zolder (waar ik voor badkamer en w.c. wel een trap af moet) en een wat gewonere (maar toch aangename) kamer met een tweepersoonsbed en een eigen badkamer met douche en w.c. op de 1e verdieping, boven het in een binnenplaatsje gebouwde restaurantje The orange Gecko. Omdat ik er ’s nachts altijd wel een paar keer uit moet om te plassen, kies ik voor de laatste.

De muren van dit pension zijn gedecoreerd met primitieve, Afrikaans aandoende wandschilderingen.

 

 

 

 

 

 

 

Overal staan, liggen of hangen kunstwerkjes en snuisterijen, een mengeling van Afrikaanse, Filipijnse en Engelse huisvlijt/kitsch.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In mijn badkamer hangt een prachtig schelpengordijn…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

… en in mijn slaapkamer een kunstwerk van stukjes  zebra-huid.

 

 

 

 

 

 

Russisch intermezzo

In The orange Gecko, het kleine restaurantje dat ze kort geleden op het binnenplaatsje hebben gebouwd, zit een leuk ogend meisje, waar ik een praatje mee aanknoop. Ze heet Llana, is 28 en single, komt uit Rusland (St. Petersburg), maar haar familie is grotendeels van de Oekraïense oorsprong. Al sinds haar 16e zwerft ze door de wereld. Sinds twee jaar woont ze in Shanghai, waar ze Engelse les geeft aan kindertjes van 3 tot 6 jaar. Ze heeft niet zoveel op met relaties, maar sluit niet uit dat ze ooit met een goede levensgezel zou kunnen optrekken. Kinderen op de wereld zetten hoeft van haar niet. Misschien ooit kinderen adopteren?

We praten honderduit. Ze kwam hier alleen maar om te lunchen, want ze zit in een hotelletje hiernaast. Maar als we horen dat ze hier lekkere cocktails hebben, (2 halen, 1 betalen), bestellen we er drie in totaal, die we samen delen. Als we ons gesprek ruim een uur later beëindigen en hartelijk afscheid nemen (zij vertrekt morgen naar El Nido) zijn we beiden enigszins aangeschoten…

Wifi, wifi, oh why, oh why

Ik vraag de wifi-code aan Jean, installeer me met de vele kussens in bed en ga meteen aan de slag. Binnen een half uur ben ik helemaal wanhopig, omdat de wifi zo traag blijkt te zijn dat ik mijn foto’s dus niet in mijn blog krijg..

Dan piep ik in arren moede via mijn smartphone mijn eigen vorig jaar ingestelde hotspot ‘yoyoopreis’ uit en hoera: die doet het, althans, voor de foto’s!

Dan ga ik op het internet maar eens de tijd nemen om uit te zoeken waarom Dropbox wel mijn foto’s, maar niet mijn video’s synchroniseert.

Wat de filmples betreft: na lang zoeken op het internetk kom ik er achter dat ik mogelijk via mijn Mac adapterplug filmpjes kan overzetten met een usb-verbinding. Hiervoor moet ik wel eerst de Android File Transfer app downloaden. Het werkt nog niet meteen, want ik moet een paar instellingen veranderen die ik aanvankelijk niet kan vinden. Maar na ruim een uur koppig doorzetten… Eureka! Nu kan ik mijn Galaxy-filmpjes gewoon naar de Mac slepen.

Ik hoop dat ik mij morgen nog kan herinneren hoe ik dat met die instellingen gedaan heb…

Als ik naar beneden ga voor een hapje, vind ik in de lobby bij de ronde bar een triest ogende volumineuze dame die mij begroet en zich voorstelt als Glennys. Ik ga even bij haar zitten en hoor dat zij een goede oude vriendin is van de gastvrouw, uit de tijd dat zij allebei in Zuid-Afrika woonden, en dat ze hier zes weken blijft.

Even later maak ik ook kennis met Karen, de eigenaresse en gastvrouw, die inmiddels is klaar is met een skype sessie van drie uur met Londen over een juridische kwestie, die naar tevredenheid opgelost lijkt te zijn. Ook zij is een weelderige matrone (later zullen er nog twee van dit formaat bijkomen), meer dan twee keer keer mijn volume, dat ze met gratie, humor en waardigheid draagt, steeds in andere ludieke jurken..

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deze dames doen mij denken aan de vrolijke Nana sculpturen van de Franse kunstenares Niki de St. Phalle.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Al snel gaat ze weer aan het werk: morgen komt haar moeder met een deel van haar familie over uit Londen, ook voor zes weken, dus ze heeft genoeg te regelen en te doen.

Ik wend mij tot Kailo de kok, die op Booking.com geroemd wordt in de evaluaties van gasten over dit B&B, wat hij op het menu heeft staan. En hij maakt een heerlijke aangepaste groentenschotel met rijst voor mij klaar.

Voldaan duik ik daarna mijn bed in en slaap als een marmot…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-02-18 Phils

MAANDAG 12 FEBRUARI 

 

Grasse matinée

Als ik om half negen wakker word realiseer ik me dat ik nog een hele ochtend heb voordat ik om half twee de taxi naar het vliegveld neem. Heerlijk!

Mijn viegtuig naar Palawan is om 16.15 en omdat het een binnenlandse vlucht is denk ik dat twee uur van tevoren aankomen ruim voldoende is.

Na mijn Yoyo-yoga oefeningen in bed neem ik een uitgebreide douche en pak ik alvast mijn koffers. Dan wandel ik rechtsom-rechtsom naar de winkeltjes onder de arcade aan de buitenzijde van het Shell blok. Daar vind ik een lekker breakfast tentje en op mijn gemak doe ik mij tegoed aan een ontbijtje met scrambled eggs, toast en thee, met een iced moccha toe. De wifi-verbinding hier is beter dan die in mijn Shell-cel, dus ik kan ondertussen mijn e-mails bekijken en een potje Wordfeuden met mijn ouwe vriendinnen Joke in Holland en Leny op Mindoro.

Op de heenweg kwam ik langs een nailstudio, en omdat ik al een paar dagen met vinger- en teennagels rondloop die wel aan een knipbeurtje toe zijn besluit ik na het ontbijt om mij voor 6 Euro een half uur lekker te laten verwennen door een lief meiske.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Buiten neem ik nog een foto van het blinkende fire-arms station, bewaakt door twee brandweermannen in vol ornaat met smetteloos witte overhemden, stoere epauletten en goudomrande petten – die helaas niet op de foto mogen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vervolgens ben ik mooi op tijd voor het uitchecken om 12.00 uur. Daarvoor moet ik mijn sleutelkaart naar de brievenbusruimte brengen en in postvakje 328 doen, waar Irish hem later kan ophalen voor het schoonmaken van de kamer.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan bestel ik mijn taxi en krijg van de receptionist te horen dat ik voor Air Asia op Terminal 3 moet zijn. Vreemd, want mijn Saoedi-Arabische reisgenoot had mij gisteren op weg van Denpasar naar Manila verteld dat Air Asia op Terminal 4 is. Maar goed, ik ga er van uit dat ze het hier in dit giga-hotel wel weten.

Ik installeer mij met mijn laptop in een gerieflijke zithoek in de balzaal-lobby voor een uurtje bloggen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Irish komt nog langs met haar dochtertje, dat gelukkig wat minder druk en aanstellerig doet dan gisteren.

We maken uiteraard nog een selfie (een ware rage hier in de Filipijnen) en zij raadt mij aan om toch maar wat eerder dan half twee te vertrekken.


 

 

 

 

 

 

Ik volg haar intuïtie en zo zit ik om kwart over één al in de taxi. We nemen de tolweg, om het drukke verkeer te ontwijken. Brrr… fijn dat ik behalve mijn adapter en local card verder niets te zoeken heb in Manila…

Kafkaiaans avontuur

In de gigantische vertrekhaI van het vliegveld is het een hele zoektocht naar de incheckbalies van Air Asia. Overal zie ik Cebu Pacific en Philippine Airlines. Tenslotte beland ik bij een informatiestand, waar blijkt dat Air Asia niet in Terminal 3 is maar in Terminal 4. En dat ik daarvoor een shuttlebus moet hebben, die ik een verdieping lager kan vinden bij Arrivals Exit 13B.

Daar aangekomen blijkt dat niet te kloppen. Ik moet helemaal naar het eind van de Arrival hal, dan links, dan door de security check en vervolgens naar de ticketbalie.

Bij de ticketbalie aangekomen hoor ik dat er pas weer een shuttlebus gaat om kwart voor drie. Oooh… en hoe lang doet die er over naar Terminal 4? Dat blijkt af te hangen van het verkeer. Maar ik moet wel rekenen op een half uur tot drie kwartier. Jeetje… en om kwart voor vier is het al boarding time! Als ik daar dan ook nog langs security etc. moet wordt het wel kielekiele of ik vandaag nog in Palawan aankom.

We kijken samen nog eens op mijn vliegticket en dan… ontdek ik tot mijn verbijstering/opluchting dat ik niet met Air Asia maar met Cebu Pacific vlieg!

Blijkbaar was ik in de war met mijn ticket naar Vietnam, dat ik sinds mijn aankomst in de Filipijnen in mijn schoudertas heb ingeval ik – om een visumaanschaf te vermijden – moet kunnen bewijzen dat ik binnen 21 dagen weer het land uit ga. Wat een geluk dat ik dat nu zie!

Terug dus naar Departures. Daar staat een lange slingerslangerrij voor de incheckbalie. Ik zucht. Mijn benen zijn doodmoe van al het heen en weer gerij met twee koffers – en mijn knie speelt op. Beetje buigen en strekken dan maar. Gelaten kijk ik rond en mijn blik kruist die van een vrouw die één slinger verderop staat. Een glimlach van herkenning. Wij halen beiden onze schouders op grinniken en schuifelen verder. De tijd tikt door. Het is bij half drie. Gaat dit allemaal lukken binnen een uur en een kwartier?

Drie kwartier later ben ik dan toch aan de beurt. Ik vraag een raamplaats, omdat ik graag Palawan van bovenaf wil zien als wij aankomen. Dat kan alleen nog als ik helemaal achterin ga zitten op nummer 30A. Nou, OK dan maar.

Inderdaad ben ik om kwart voor vier bij de gate, waar alles propvol zit met vooral Chinese groepen (het is de 16e februari Chinees nieuwjaar en veel Chinezen nemen in deze tijd vakantie). Ik vind toch nog een plaatsje en ontspan. Even later horen we dat het vliegtuig vertraging heeft. En nog een half uur later dat er een gate change is. Op weg daar naartoe breng ik nog even een plas weg. Als ik uit de toiletten kom hoor ik dat mijn naam wordt omgeroepen voor de last call. Ja, ze hebben nu haast!

Gelukkig ben ik al bijna bij de nieuwe gate – en als ik als laatste het vliegtuig binnenstap blijkt er nog een lange rij passagiersin het gangpad te staan. Dat duurt nog wel even voordat ik bij nummer 30A ben… De stewardess kijkt op mijn boarding card. “You can also sit here, Ma’am, if you like.” en ze wijst naar de voorste rij, waar nog twee stoelen vrij zijn, alleen niet de raamplaats: daar zit een uitnodigend glimlachend moslima-vrouwtje. Dankbaar laat ik mij zakken in de stoel aan het gangpad en dump mijn schoudertas in de middelste stoel. Dan maar geen bird’s eye view van Palawan. Lekker veel beenruimte – en de w.c. dichtbij.


En dan… een nachtje luxe!

De vlucht verloopt voorspoedig.
En aankomen op dit kleine vliegveld, gelegen in het groen, is een verademing.

Ik heb voor 1 nacht gebruik gemaakt van een last-minute aanbieding bij het Hue-hotel: 47 Euro inclusief ontbijt in plaat van 78.

Aan de overkant van de uitgang staat een chauffeur van het hotel mij op te wachten. Of liever: hij verwacht iemand anders, die niet blijkt te zijn aangekomen (mijn e-mail ter bevestiging van de ophaalshuttle was kennelijk nog niet doorgekomen). Maar hij is blij dat hij nu mij kan meenemen.

Het Hue hotel is een mooi staaltje van sobere esthetiek. Alles ademt schoonheid en goede smaak.


De service is voortreffelijk. Deze mensen zijn duidelijk goed geschoold in hospitality en hebben maar één doel: te zorgen dat het hun gasten aan niets ontbreekt.

 

 

 

 

 

Ik heb een kamer met twee grote bedden naast elkaar, een badkamer met stortdouche/handdouche, zitbank en glazen wand, een groot TV-scherm (dat ik niet aan het gehad) en – het belangrijkste van alles: een supersnelle wifi-verbinding.

Er is een zwembad op het dak, een massagesalon en een uitstekend restaurant.

Nadat ik heb gedoucht bestel ik een Indiase oorkaars-sessie van een half uur op mijn kamer (mijn linker oor was een beetje verstopt en het heeft wat geholpen)

 

 

 

 

In het restaurant doe ik mij vervolgens tegoed aan een bijzondere cocktail en een vegetarische schotel.

 

 

 

 

 

 

 

 

Boven in bed maak ik dankbaar gebruik van de goede wifi-verbinding door de foto’s van mijn vorige blog te uploaden en te plaatsen.

Dan spreid ik mij uit op mijn weelderige matras, omringd door zachte kussens, en doe mijn best om zo lang mogelijk wakker te blijven om van deze zalige sensatie te genieten. Maar de slaap wint het…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-02-11 Bali/Phils

ZONDAG 11 FEBRUARI 


On the road again…


07.45. Op weg naar Manila zit ik nu op Denpasar airport te wachten op mijn vlucht die om 8.35 vertrekt. We gaan er iets meer dan 4 uur over doen.

Ik heb daar een hotel geboekt op 4 km van Manila airport, want morgen vlieg ik door naar Palawan, waar (in het noord-oosten van dat eiland, bij El Nido) de mooiste natuurgebieden van de Filipijnen schijnen te zijn.

Eergisteren was het afscheidsdiner – tevens het welkomstdiner voor de eerste deelnemers aan de yoga 10-daagse die vandaag is begonnen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Mikaela bekeek de nieuwkomers met een mengeling van scepsis en nieuwsgierigheid.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gisterenmiddag vertrok ik na een roerend afscheid met Dimas en Mikaela uit Pantai Mas, met een minibus die hij ’s morgens gehuurd had om een gezelschap van zes mensen op te halen van het vliegveld: een rit van 4,5 uur. Dit was zijn tweede rit die dag – en een spannende!

Jammer wel dat ik Dayu, die inmiddels al wel op Bali is en gisteren vanuit de kampong waar haar familie woont naar Pantai Mas zou komen, net mis ben gelopen. Dat wordt dus pas in september dat we elkaar weer gaan zien, wanneer ze in Nederland workshops komt geven.

Het regende. met als gevolg dat het busje ternauwernood – met krijsende, slippende banden – de steile s-bochten in de smalle bergweggetjes haalde. Duizelingwekkende ravijnen met tropische oerwouden, dan weer links, dan weer rechts van ons (op de heenweg een week geleden was het donker, dus toen zag ik ze niet :-)). Eén keer haalde hij het niet en moesten we voorzochtig achteruit manoeuvreren voor een hernieuwde poging, waarvoor hij wat lucht uit de banden liet ontsnappen. Ondanks de schrikreacties van mijn lijf lukte het mij toch aardig om te genieten van het adembenemende natuurschoon en het vrolijke gebabbel van Mikaela. Wat een heerlijk kind! Zij had nergens last van…

Toen de ‘verkeerloze’ bergen voorbij waren raakten we in de drukke ochtendspits, wat natuurlijk weer niet opschoot. Dimas moest iemand ophalen van het vliegveld, maar ondanks dat hij na onze reis van drieëneenhalf uur aardig achter was op het schema bracht hij mij toch eerst naar ‘Grandma’s’, het hotel waar ik vannacht heb geslapen.

Ik moest de volgende ochtend om half zes op, dus nadat ik de spanningen van de reis onder een lekkere warme douche van mij af had laten glijden dook ik maar meteen het brede bed – en heb dus nog een flinke ruk van ruim zes uur kunnen maken.

 

.. and in the air…

11.37. Nu zit ik hoog in de blauwe lucht, vanwaar ik langzaam Palawan onder me voorbij zie glijden, hete eiland waar ik morgen naartoe vlieg vanuit Manila. Hier geen moesson, maar veel zon en een temperatuur van 26-30 graden.

De eerste anderhalf uur van de vlucht zijn snel voorbij gegaan, dankzij een interessant gesprek met mijn buurman Abdul Rachman, een gepensioneerde Electric engineer uit Saoedi-Arabië.

Hij neemt elk half jaar een paar weken vakantie en gaat dan steevast naar de Filipijnen. Hij had dan ook een schat aan handige weetjes en praktische suggesties voor mijn verblijf hier.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

15.00. We komen 20 minuten eerder aan in Manila, maar moeten vervolgens 30 minuten wachten voordat ze de slurf hebbeen aangesloten. Abdul haalt mijn cabine koffertje uit het vak, loodst mij behendig door de immigratie, de baggage claim en het wisselen van een paar Hongkong dollars die ik nog had heen en brengtt me naar de juiste taxistandplaats, waar onze wegen zich hartelijk scheiden.

De 4-km-rit naar de Shell Residences duurt 20 minuten – langer dan ik had verwacht – vanwege het waanzinnig drukke verkeer rond de luchthaven.

Het hotel blijkt een rechthoekig 16 verdiepingen hoog giga-monstrum met in de grote binnenplaats met zwembaden ‘onder architectuur’.

 

 

 

 

 

 

Bij de receptie duurt het even voordat ze mijn boeking hebben gevonden

 

 

 

 

 

 

 

en nog langer voordat mijn hostess Irish arriveerde (een soort Oosterse Pippie Langkous met een adhd-dochtertje), die mij naar mijn ‘hokje’ op de 6e verdieping van Toren D bracht, waar zij de verantwoordelijkheid voor had. Een pijpenlaadje met een aanrecht, een zitbank en achter een wandje een twijfelaar en een balkon met uitzicht op zwembaden op de binnenplaats van de ‘kazerne’.

 

Ik blijk haar de € 48,- van mijn verblijf cash te moeten betalen en dus ga ik voor een bezoek aan de flappentap weer met haar naar beneden, waar ze mij meteen de diverse winkeltjes, massagesalons, nail studios en restaurantjes in de arcade rondom de buitenkant van het ‘blok’ laat zien (een ‘reis’ van ruim een half uur). Het dochtertje rent heen en weer en blijft voortdurend jengelend de aandacht trekken van haar moeder, die daar bewonderenswaardig stoïcijns mee omging.

 

 

 

 

 

 

 

Voor gebruik van het zwembad moet ik haar € 2,25 betalen en een formulier invullen. Met dat formulier en het geld gingen we weer via ellenlange gangen en een paar liften naar het souterrain, waar we 20 minuten moeten wachten voordat de cassiè tijd heeft om het geld in ontvangst te nemen en een stempel op het formulier te zetten.

Maar nu heb ik dan toch mijn badpak aan en ga ik even te water om bij te komen van dit stukje bureaucratie.

16.00 uur. Dat was lekker! Veel ruimte om een flink eind rond te zwemmen. Goed voor mijn knie, die nog steeds oefening vergt. Weinig zwemmers.

 

 

 

 

 

 

Na een (lauwe) douche installeer ik mij in bed om naar mijn e-mail te kijken. Ik heb het wifi wachtwoord van Irish gekregen, maar hoewel ik daarmee inderdaad online kom, blijkt Google-mail zoveel kuren te hebben dat ik mijn pogingen maar weer staakte. Dan maar even mijn Galaxy en Macbook opladen die beide half leeg zijn.

Oh Boy…! De stekker van mijn stekkerdoos blijkt niet in de wandcontactdoos te passen. “Geen nood’, denk ik, en ik graaf mijn wereldstekkeradapter op uit de diepte van mijn grote koffer. Daar zitten allerlei plugs in, maar…. niet één die in het Filipijnse stopcontact paste. Dus: over een paar uur zit  ik zonder communicatiemiddelen!

Beneden, bij de receptie van toren D, weten ze me te vertellen dat ik mogelijk een adapter kan scoren in de Mall of Asia, en andere gigant ‘aan de overkant’, die tot 22.00 uur open is. De overkant blijkt een wandeling van een half uur te zijn langs een ‘wereldbol’,

 

 

 

 

 

 

 

 

 

grote industriële complexen en loodsen, dan met een lift omhoog en via een eindeloze verbindingsbrug over een paar snelwegen  naar een super store van zes verdiepingen, waar grote mensenmassa’s rond krioelen en in rijen staan bij verkooppunten en poortjes waar je tassen worden gescand. Ik word van hot naar her gestuurd en binnen de kortste keren weet ik niet meer waar ik ben. Alles glittert en knippert en overal staan bij de honderden toko’s mensen die je naar binnen willen lokken.

Uiteindelijk kom ik op de tweede verdieping terecht bij Cyberspace, waar ik in een verkoelende Samsung Customer Service op een stoel beland. Een half uur wacht ik op mijn beurt vóór de zes helpdesks. Dan heb ik een aardig meisje, dat ook voor mij alle tijd heeft. Ze begint met mijn Galaxy op te laden (hier hebben ze wél een Europees stopcontact). Vervolgens legt ze mij uit dat ik voor een adapter plug bij Ace Hardware moet zijn, op de ground floor helemaal aan de andere kant van de Mall. Dus vraag ik eerst maar of ik op deze verdieping een prepaid telefoon- en internet card kan kopen. Dat blijkt aan de overkant te kunnen. Terwijl ik daar een half uur in de rij sta, laadt mijn telefoon lekker verder op.

Het meisje van de Samsung Customer Service verwisselt mijn Indonesische local card behendig voor de nieuwe filipijnse en laadt mijn tegoed van 1000 Mb op.

Ik bedank haar uit de grond van mijn hart – en dan begint de zoektocht naar Ace Hardware. Ook ditmaal word ik verschillende kanten opgestuurd, maar uiteindelijk vind ik deze uitgebreide zaak voor alles op het gebied van communicatie hardware. En ja hoor! Ze hebben een adapterplug voor mijn Europese stekker. Voor het luttele bedrag van € 1,50 ben ik weer communicabel! Ik vlieg de verkoper bijna om de hals. Hij geniet bescheiden van mijn dankbetuigingen.

Dit moet gevierd worden. Het is inmiddels donker en op de benedenverdieping – waar de ‘Food World’ is is de feestverlichting aan.

 

 

 

 

 

 

 

 

Bij een Syrisch restaurantje bestel ik een Griekse salade met een glas witte wijn. Hèhè, even ontspannen en genieten…

Nog een Tiramisu na en dan wandel ik – moe maar  tevreden – de lange weg terug naar het hotel. Daar aangekomen heb ik nog net 20 minuten om me op te frissen in het zwembad, dat om 22.00 uur sluit.

Ik plug mijn mijn computer in om op te laden, terwijl ik in bed met mijn Galaxy mijn e-mail correspondentie en blog bijwerk. Om 24.00 uur doe ik met een zucht van verlichting het licht uit en krul mij op in mijn twijfelaar.

 

 

 

2018-02-08 Bali

DONDERDAG 8 FEBRUARI 

Nadat op 4 februari in de loop van de middag de laatsten van de ruim 100 gasten van de verjaardagsparty zijn vertrokken is de rust op Pantai Mas neergedaald.

 

 

 

 

 

Tijd om te connecten met Dewi, die hier sinds de dood van Evert naast haar moederschap de tent runt

en Dimas opvangt als hij thuiskomt van zijn pendeldiensten en zijn enerverende werkzaamheden als rechterhand en (vuile-)klusjesopknapper van een man die een miljoenenbedrijf heeft in grootmaterieel voor de wegenbouw. Het gaat haar goed af, mede dankzij de toegewijde staf van vijf man/vrouw personeel.

 

 

We hebben hier wat meer zon dan in Lombok en het regent niet elke nacht. De combinatie van zee en zwembadje is ideaal voor de nodige beweging.

 

 

 

 

 

Ook ben ik weer begonnen met mijn yoyoyoga-oefeningen ’s ochtends in bed. Verder heb ik nog geen behoefte gevoeld om me buiten het resort te begeven. Alleen gisteren zijn we met de hele familie wat inkopen gaan doen bij het plaatselijke warenhuis Krisna. Héééél veel leuke huisvlijtjes en verleidelijk hebbedingetjes. Ik heb me weten te beperken… :-).

Mijn enige Intensive-deelneemster, met wie ik vier dagen individueel ga werken, zou 4 januari ’s nachts aankomen. Dus ik had mijn wekkertje op 24.30 uur gezet om haar te verwelkomen. Toen ze er om 02.00 uur nog niet was begon ik mij een beetje ongerust te maken: die lange rit van 3 à 4 uur, langs smalle, deels door de zware regens weggeslagen wegen met scherpe s-bochten door bergen in de nacht, met als chauffeur Dimas, die de laatste tijd onder grote druk leeft en de afgelopen dagen maar weinig slaap heeft gehad…

Dus ik stond maar eens op om wat rond te wandelen. En kijk, daar stond op de parkeerplaats de fourwheeldrive van Dimas, die haar zou ophalen. Het bleek dat ze al om 24.00 uur waren aangekomen en ze lag dus al lang en breed in bed (wilde mij niet wakker maken)…

Nou, nu kon ik zelf ook gerust verder slapen.

Inmiddels is het de derde dag van onze innerlijke reis. De afgelopen dagen heb ik in etappes de (heftige en soms adembenemende) verhalen over haar leven(s) te horen gekregen. De mensheid in al zijn aspecten, hoog en laag, mooi en lelijk, kwam voorbij.

Niettemin kwam er gisteren bij de Esbima-sessie nog wel het een en ander naar boven. En vanmiddag hadden we een indrukwekkende Bohemi-sessie van 4 uur, waarin ook flink wat oud zeer kon worden opgeruimd.

Na afloop een late lunch… Héérlijke gado-gado

 

 

 

 

 

En een welverdiende siësta….

 

 

 

 

 

Intussen is er in de eetzaal een nieuwe router geplaatst, dus ik heb weer internetverbinding! Af en toe gaat-ie als een speer, en dan is-ie ineens weer supertraag… Maar met geduld en doorzettingsvermogen krijg ik toch wat foto’tjes van mijn smartphone via mijn macbook in mijn blog :-).

Dimas,  had gisteren een vrije dag, want het was zijn (spirituele) Bali-birthday. Wel moest hij voor zijn baas per telefoon nog iemand ontslaan die betrapt was op corruptie. Daar zag hij wel tegen op.

Ik heb hem de hele dag niet gezien; vermoedelijk heeft hij wat slaap ingehaald. Vandaag was hij al vroeg weer aan het werk en vanavond haalt hij één van de twee yoga teachers op die hier vanaf 10 februari een workshop geven.

 

 

 

2018-01-23 Bali

DINSDAG/WOENSDAG 23 JANUARI

 

Frans en Martini, de vrienden uit Denpasar, wachten mij op in de luchthaven. Bij hen blijf ik twee nachten slapen en kan ik heerlijk even bijkomen van de reis.

Frans gaat meteen door om op de scooter een andere vriendin naar Ubud te rijden.

Met Martini stap ik in de auto van een bevriende taxichauffeur, die ons in een half uur naar hun knusse huisje in de buitenwijken rijdt.

Na een kopje thee en een douche strek ik mij dankbaar uit op de brede matras in het logeerkamertje en lig een paar uur in coma totdat Frans ’s avonds terug is uit Ubud.

Martini heeft al een lekker hapje klaar met een biertje erbij – en dan is het uitgebreid verhalen uitwisselen… En vroeg naar bed, want ik kan nog wel wat slaap gebruiken en Frans is ook afgepeigerd van een vermoeiende heen- en terugrit van in totaal vier uur, op de terugweg in het donker door de stromende regen langs wegen vol kuilen.

 

24 JANUARI

Als we de volgende ochtend zijn uitgeslapen hebben Frans en ik de hele dag om nog verder bij te praten (Martini is naar haar werk. Ze is accountmanager bij een grote zaak voor badkamerinterieurs).

We zijn lang bezig om bij een telefoonkiosk voor elkaar te krijgen dat ik internet heb op mijn mobiele telefoon. Uiteindelijk neem ik een lokale card voor telefoon en internet, met een eigen nummer, en voor mijn sd-kaart van Vodafone koop ik een los telefoontje, waarmee ik onder mijn eigen mobiele nummer te bereiken ben.

Daarna weet Frans een tent waar we gezellig samen kunnen lunchen.

Na afloop een heerlijke siësta totdat Martini thuis komt.

’s Avonds neem ik de twee mee uit eten naar hun lievelingsrestaurantje.

2018-01-22 Vertrek Arnhem

MAANDAG 22 JANUARI

Mijn to-do-lijst is om vier uur ’s morgens klaar. De afronding van een marathon van zo’n twee weken. En ik kan nog net twee uur slapen voordat Carola, die in mijn huis komt wonen tijdens mijn afwezigheid, mij om half  zeven naar station Arnhem rijdt.

Ik ben nog aangeslagen door het bericht dat Aloys’ kleinzoon (Willem’s neefje) van 7 jaar zaterdagavond bij een auto-ongeluk is omgekomen (Aloys en ik zaten op dat moment in het Focus filmtheater te kijken naar ‘Darkest Hour’, een aangrijpende film over Churchill in het eerste jaar van WO II, waarna we nog wat gingen drinken en napraten op de Korenmarkt). Aloys had zijn mobiel uit staan…

Aloys’ dochter Eva (Willem’s zuster) heeft bij het ongeval een ruggenwervel gebroken en twee armfracturen opgelopen en is meteen gisteren geopereerd. Er gaat nu een schokgolf van verbijstering door het hele Flowering netwerk. Iedereen kent Aloys en Willem en leeft mee.

Gelukkig is Willem gisteren nog langs geweest om te vertellen en emoties te delen. Dat was goed.

 

 

 

 

En dan zit ik in de trein naar Schiphol en begint de lange reis van 22 uur via Taipei naar Denpasar.
Loslaten…

 

2018-02-02 Lombok/Bali

VRIJDAG 2 FEBRUARI 2018

 

Vandaag vertrek ik naar Bali. Om 13.00 uur vaar ik met de ‘slow boat’ catamaran (scheelt 6 Euro) in ruim een half uur naar het vasteland van Lombok, waar ‘mijn’ chauffeur Saffrudin me zal opwachten voor de 3-uur rit naar Praya Airport.

’s Morgens om half zeven – ik heb niet veel geslapen – ga ik nog even het water in om afscheid te nemen van de blauwe zee en het witte strand.

In Noord-Bali is ook een heldere zee, maar die oogt grijs vanwege het zwarte (vulkaan)zand. Daarom zijn daar ook minder toeristen…

Er is niemand in het water – alleen de kleurige bootjes dobberen op en neer. Wel is het eb, waardoor er meer stenen en koralen zijn. Omzichtig zoek ik, liggend op mijn buik, met mijn handen de zandplekken op in het lauwe, ondiepe water. Als ik genoeg diepte heb draai ik mij op mijn rug en laat me drijven onder het wijde uitspansel waar de regenwolken van de nacht langzaam plaats maken voor een het ochtendblauw. Dit is voor mij het dichtst bij ‘opgaan in iets wat groter is dan ik…’

Terug bij mijn kamer word ik getroffen door de schoonheid van een witte bloem, zwaar van de regendruppels van de afgelopen nacht…

 

 

 

 

 

Na een laatste warme douche neem ik de tijd om in alle rust mijn koffers te pakken.

Iets vóór tienen ben ik klaar en beloon mezelf met een heerlijk ontbijtje van gepocheerde eieren, toast, thee en een mix van papaya- en ananassap.

Ik heb gisteren al afgerekend, dus ik kan me nu – aan een tafeltje dicht bij het water in de schaduw van de bomenrij nog even wijden aan een paar fimproefjes – in het Nederlands en in het Engels – voor mijn eerste vlog.

Ebbyn van restaurant Karma nodigt mij via Messenger uit voor een laatste koffie en dus wandel ik daarheen.

Hij laat op zich wachten, want ik kom net in zijn ‘break’ aan. Sippend van mijn ice coffee met Baileys gebruik ik de tijd om nog wat verder te werken aan mijn boekvertaling, aan de bar met ook weer uitzicht over de aanrollende golven.

 

 

 

 

 

Na een roerend afscheid van Ebbyn, die net op tijd verschijnt, wandel ik terug naar Nautilus, waar ik ruim op tijd ben om nog vóór het afscheidsritueel aldaar een tweede Engels proeffilmpje te maken.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan is het zover. Roerend neem ik bij het restaurant afscheid van de jongens, die blij zijn met hun fooi en een ansichtkaart van mijn schilderij Sharing, dat bij mij in de huiskamer hangt.

Dul, die mij uitzwaait, zorgtvervoor dat mijn bagage droog op de boot komt. Tot mijn verbazing ben ik ook op de publieke slow boat de enige passagier.

Adhiyen is mijn bootsman. Een mooie spontane jongeman met een brede smile.

Onderweg vertelt hij mij over zijn leven. Een half jaar geleden overleed zijn jonge vrouw en liet hem achter met hun 3-jarig kindje. Terwijl hij werkt, zorgt zijn familie voor de kleine.
Als ik medelevend zijn hand druk, zegt hij: “You have nice touch…” Dan nodigt hij mij uit om naast hem op zijn bankje te komen zitten en wij slaan de armen om elkaar heen. Na een tijdje – de kust komt al dichterbij – vraagt hij: “You like to kiss?” Nou eh…, dat gaat mij een beetje te ver. “Why not?” zegt hij met een stralend-witte glimlach? Tja… why not?
Ik kus hem vluchtig op de lippen, maar moet me snel terugtrekken voor zijn gretige respons: ik wil het wel vriendschappelijk houden…

Voor hem is dit vreemd en totdat we aankomen discussiëren wij over onze verschillende standpunten…

Dan nemen we grinnikend afscheid. En daar, op het strandje, staat Saffrudin al op mij te wachten…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Halverwege de lange rit naar het vliegveld stapt de manager van Nautilus bij ons in: hij heeft een bespreking gehad op het vasteland en moet nu in Praya (dicht bij de airport) zijn zoon van school ophalen.

Er is dan ook geen tijd om nog even wat te drinken. Ik vind het wel prima om bijtijds op de luchthaven te zijn en niet te hoeven haasten.

Na een voorspoedige vlucht van drie kwartier landen we tegen half negen ’s avonds op Denpasar. Daar is het even zoeken naar Dimas, die op een andere verdieping op mij wacht. Gelukkig hebben we elkaars telefoonnummer en zo komen wij toch betrekkelijk snel tot elkaar.

We zijn blij om elkaar na lange tijd weer te zien. Wel even schrikken voor mij: Dimas heeft in vier jaar ruim twee keer zijn toch al stevige postuur gekregen. Als ik in vier uur lange autorit naar Pantai Mas zijn verhalen hoor, snap ik hoe dat komt…

Hij is de rechterhand van een baas die een miljoenenbedrijf runt in bulldozers en ander heavy equipment voor de wegenbouw. De klanten zijn aannemers die voortdurend overhoop liggen met elkaar en de overheidsinstanties over de beschikbare trajecten – en die vaak ook niet hun rekeningen betalen.

Dan moet Dimas dag en nacht standby zijn en in actie komen om – desnoods met geweld – alsnog de achterstallige schulden binnen te krijgen. Een gevaarlijke en zenuwslopende baan, waarin hij een uitsmijterspostuur goed kan gebruiken.

Ook op Pantai Mas zijn het spannende tijden nu zijn vader Evert er niet meer is, die hem altijd met raad en daad bijstond, terwijl de toko toch moet doordraaien. Soms rijdt hij twee tot drie keer per dag op en neer naar Denpasar om nieuwe gasten op te halen. Met de nachtelijke oproepen van zijn baas leidt dat regelmatig tot slaapgebrek. Al met al begrijpelijk dus dat hij een fysieke buffer heeft opgebouwd.

De rit naar Pantai Mas door de bergen in het binnenland vereist al zijn stuurmanskunst, want door het noodweer van de afgelopen dagen zijn gedeeltes van de bergwegen weggeslagen.

Op tweederde van de rit – het is al tegen half twaalf – zijn we dan ook blij dat we nog even terecht kunnen bij zijn ’tweede familie’: een sympathieke Fransman en zijn stille, nuchtere maar humoristische Balinese vrouw (die gewoon doorgaat met haar werk) – beiden bakens van rust.

 

 

 

 

 

 

 

Ze hebben  een gerieflijk huis met een grote woonkeuken, een moestuin en een winkeltje/café hoog in de bergen, waar ze regelmatig gasten krijgen die van noord naar zuid en terug reizen. We genieten van hun warme onthaal, de vers gebrande koffie, de wijn (alleen voor mij) en het stokbrood met Franse kaas. Zowel Marc als ik vinden het fijn om weer eens even Frans te kunnen praten.

Dan gaan we weer verder langs de smalle wegen met de vele steile s-bochten. Tegen enen komen we eindelijk aan. Dimas heeft mij onderweg al verteld dat het momenteel volle bak is op Pantai Mas, vanwege een 80-jarig verjaardagsfeest waar morgen meer dan honderd mensen naartoe komen. De kamer die voor mij was gereserveerd hebben ze voor vannacht moeten weggeven aan een gast bij wie de airco is uitgevallen. De enige plek waar ik nu terecht kan is de slaapkamer van (wijlen) Evert en Dayu en ik krijg het privilege om  – kosteloos – de nacht door te brengen in het echtelijk bed. “Je bent toch niet bang voor geesten?”, grapt Dimas. “Nou eh…” – maar ik besluit dat ik hier prima zal slapen, in de energie van die twee mij dierbare mensen.

En zo gebeurt het.